We maken de rekensom.
Een laadpunt op de oprit is de meest comfortabele manier om je wagen op te laden, maar het vergt ook een investering. Om te weten in welke mate die investering rendeert, dien je naar verschillende parameters te kijken. Eerst en vooral spelen de prijzen per kilowattuur (kWh) een rol. Wie openbaar laadt, kan kiezentussen twee soorten laadpalen: reguliere palen (AC) en snellaadpalen (DC).
Bij een AC-laadbeurt aan een openbare laadpaal betaal je gemiddeld 0,50 euro per kWh. Voor snelladen ben je gemiddeld 0,67 euro per kWh kwijt. Wie 30 kWh wil bijladen, betaalt hier dus 15 tot 20 euro voor –afhankelijk van hoe snel het moet gaan.
Wie thuis een laadpaal heeft, is beduidend minder kwijt. Het CREG-tarief dat aangeeft hoeveel thuisladen gemiddeld kost, bedraagt momenteel 0,32 euro per kWh.
Eenzelfde laadbeurt van 30 kWh kost je in dat geval dus 9,60 euro. Dat is minder dan de helft van wat je zou spenderen aan de openbare snellaadpaal. Tot 900 euro per jaar voordeliger. Op jaarbasis loopt dat prijsverschil flink op. Als je jaarlijks 15.000 kilometer rijdt, verbruik je zo’n 2.550kWh aan elektriciteit. Als je consequent voor snelladen kiest, kost dit 1.708,50 euro per jaar. Wie kiest voor AC-laden aaneen (weliswaar iets tragere) publieke laadpaal, komt met 1.275 euro toe. Thuis je auto opladen kost je 816 euro. Dat is een potentiële besparing van 900 (!) euro per jaar.
De investering waard? Een laadpaal betaalt zichzelf dus relatief snel terug. “Gemiddeld haal je je investering er al na twee tot drie jaar uit”, weet Ewout Callens, operations manager bij Blitz Power. “Wie anders altijd snellaadt, zal dat bedrag nog veel sneller terugverdienen. Als je weet dat een laadpaal minstenstien jaar meegaat, is het dus zeker rendabel om als particulier een exemplaar aan te schaffen.”
En het kan nog voordeliger. Wie zonnepanelen heeft, genereert op zonnige dagen vaak meer energie dan nodig. Een laadpaal zet die overtollige energie om in gratis kilometers. “Een slimme laadpaal meet hoeveel energie je zonnepanelen opwekken en hoeveel je huishouden verbruikt”, legt Callens uit. “Wanneer je meer produceert dan je verbruikt, stuurt je laadpaal die energie automatisch naar de wagen. Zo laad je je wagen op met zonne-energie.”Echt interessant wordt de combinatie met een thuisbatterij. Die kan je overtollige zonne-energie opslaan: na een zonovergoten dag laad je je gratis op.
Ook wie (nog) geen zonnepanelen heeft, kan zijn verbruik optimaliseren en zo extra besparen. Een slimme laadpaal met load balancing laadt enkel buiten de piekuren. “Een slimme laadpaal houdt dankzij load balancing rekening met het capaciteitstarief. Er zal dus wel geladen worden als er een overschot aan stroom beschikbaar is, maar niet wanneer dat niet het geval is. Als er veel andere apparaten in huis stroom vragen, denk aan de oven of de vaatwasser, verlaagt de laadpaal zijn laadsnelheid. Maar als het stroomverbruik in huis laag is, ‘s nachts bijvoorbeeld, dan laadt je auto aan volle snelheid op. Zo’n slimme laadpaal is vaak een goedkoper alternatief, want je hoeft de elektrische aansluiting van je woning niet te verzwaren.”
Zeker als onderdeel van een energiemanagementsysteem zoals Niko Home Control is een slimme laadpaal interessant. Daarin kunnen alle verbruikers (wasmachine, oven, laadpaal …)geregistreerd worden. De laadpaal wordt zo aangestuurd dat hij gebruikmaakt van eigen zonne-energie, op daluren de goedkoopste energie.
Je wagen thuis opladen is altijd voordeliger dan langsgaan bij een openbaar laadpunt. Des te meer als je zonnepanelen op je dak hebt en slim met energie omgaat. Met een potentiële besparing van 900 euro per jaar is ook de initiële investering van je laadpunt snel terugverdiend. Bovendien is het pas echt comfortabel elektrisch rijden wanneer je niet meer op zoek moet naar een beschikbaar laadpunt in de buurt.